zaterdag 24 december 2016

Voeding en beweging


Voeding en beweging

Suiker dreigt de grote boosdoener van de 21e eeuw te worden. Als vaststaat dat gesuikerde frisdranken een belangrijke rol spelen in de toename op obesitas, is het dan niet beter om frisdranken op school gewoonweg te verbieden ?
Ik vind dat leerlingen pas leren omgaan met frisdrank door ermee geconfronteerd te worden. Als je automaten verbiedt, durft dat bij tieners namelijk een omgekeerd effect te hebben, omdat ze op zoek gaan naar buitenschoolse automaten. Naar mijn mening is het beter om een schoolbeleid met uitdoofscenario te voeren. Zo kan je overheen verschillende schooljaren met een stappenplan werken om frisdranken uit het schoolaanbod te bannen.    Hierdoor krijgt een secundaire school wat meer ruimte en tijd om frisdranken uit de school te krijgen en bieden ze steeds meer gezondere alternatieven aan: vb.: een automaat vullen met fruitsappen, vetarme koeken, … ; leerlingen toelaten om water te drinken tijdens de lesuren, één keer in de week vers fruit aanbieden, aanbod van gezonde belegde broodjes) waarbij men de voedingsdriehoek in het achterhoofd houdt.

Bovendien slaan jongeren soms het ontbijt over. om voldoende energiereserves aan te leggen voor de voormiddag. Tijd vormt hierbij namelijk vaak een stoorzender voor jongeren. Als ze bijvoorbeeld vele ochtenden ‘vroeg’ moeten opstaan indien ze relatief ver van school wonen, dan proberen ze op die manier misschien extra ‘slaaptijd’ te winnen wat onverantwoord is. Het ontbijt is namelijk de belangrijkste maaltijd van de dag. Met een stevig ontbijt leg je namelijk de nodige energiereserves aan om geconcentreerd en actief de voormiddaglessen te volgen.

Daarnaast zou een school naar mijn mening ook activiteiten moeten organiseren met betrekking tot gezonde voeding en beweging. Zo heeft een school de mogelijkheid om activiteiten zoals een gezond ontbijt, bezoek aan een voedingsbedrijf, een stickeractie ‘met de fiets naar school’ te organiseren of een kinesist / voedingsconsulent(e) op school uit te nodigen om kennis en ervaringen uit te wisselen met de leerlingen.

Het belang van voldoende beweging

Naar mijn mening moeten jongeren niet enkel gestimuleerd worden om een gevarieerd voedingspatroon te hanteren, maar men moet hen ook aansporen om voldoende te bewegen. Mits voldoende beweging zullen jongeren zich hoogstwaarschijnlijk fitter voelen, minder snel ziek worden, beter slapen, zich beter kunnen concentreren op school wat enorm belangrijk is voor een adolescent.
Een inactieve levensstijl kan immers een sluipmoordenaar zijn in de vorm van obesitas. Naar mijn mening zouden jongeren elke dag minstens een uur moeten bewegen. Op de school kan zich dat vertalen in lessen lichamelijke opvoeding, bewegingstussendoortjes, van klaslokaal wisselen tussen de verschillende lesuren zorgt natuurlijk ook voor beweging, maar dit is onvoldoende.

Het ontwikkelen van de juiste attitudes kan men bij jongeren aansturen door ze te confronteren met hun eigen voedings- en bewegingsgedrag. (vb. Je kan jongeren op regelmatige basis de Coopertest laten uitvoeren en de vorderingen ervan bijhouden, zoals in een leerlingvolgsysteem.) Zo kan men hen makkelijker overtuigen van het principe dat evenwichtiger eten of bewegen hun gezondheid ten goede komt. Indien ze een zekere vooruitgang zullen ze gemotiveerd zijn om hun grenzen telkens weer te verleggen. Hierdoor zullen ze zich fitter voelen.

Na schooltijd staat het zitgedrag bij televisie, computer, gsm, … vaak centraal in de leefwereld van tieners. Meer bewegen voor deze screenkids is bijgevolg echt wel een must ! Daarnaast is het zo dat jongeren uit een lagere sociale status moeilijker in beweging te krijgen zijn dan anderen. Vaak krijgen zij niet de kans om zich aan te sluiten bij sportclubs omwille van te hoge lidgelden en worden ze weinig door hun ouders gestimuleerd om te bewegen. Een school zou naar mijn mening ook die leerlingen moeten laten kennismaken met de bestaande verenigingen. Om dit te bereiken, kan een school een jeugd-of sportvereniging op school uitnodigen om uitleg te geven over de activiteiten die ze organiseren.  Bovendien kunnen ze een overeenkomst met hen aangaan, zodat alle leerlingen kunnen genieten van een voordeliger tarief om toe te treden tot een vereniging.

Als men bovenstaande visie effectief wil realiseren, zal er voldoende overleg moeten zijn tussen het directieteam, het lerarenkorps en de ouderraad. Het hele schoolteam moet immers dezelfde boodschap uitstralen naar de leerlingen toe. Het introduceren van gezonde voeding en beweging op school moet m.a.w. worden ingeburgerd in de schoolcultuur. Een éénmansinitiatief zal immers geen kans tot slagen hebben.


Boons Mitchell

Geen opmerkingen:

Een reactie posten